Van de 99 percelen die deze week werden opgevolgd werd op een derde van de percelen groene ongevleugelde bladluizen gevonden. 13% haalden deze week de schadedrempel. Eén perceel haalde de tweede behandelingsdrempel. Op 47 percelen werden geen groene (noch gevleugeld, noch ongevleugeld) waargenomen.
De kaart met de bladluisdruk kan u hier terugvinden: Kaart bladluisdruk
Vanaf de start van het seizoen werd de eerste behandelingsdrempel voor de groene bladluizen al op één derde van de percelen bereikt.
Dit gebeurde vooral in de provincie Namen en het Luik. In het westen van het land blijven de populaties voorlopig beperkt, volgens de cijfers uit onze waarnemingspercelen.
Het is belangrijk om te benadrukken dat de aanwezigheid van bladluizen sterk verschilt van perceel tot perceel. Daarom blijft het noodzakelijk om steeds op perceel niveau te controleren of er bladluizen aanwezig zijn.
Kolonies zwarte bladluizen blijven aanwezig, al blijft hun evolutie traag. Bij ongeveer 10% van de waargenomen percelen deze week waren de zwarte bladluizen echter in grote aantallen aanwezig. Op twee derde van de percelen werden er ook de aanwezigheid van natuurlijke vijanden van de bladluizen gemeld. Dit zijn de lieveheersbeestjes, gaas- en zweefvliegen en de soldaatjes (weekschildkevers).
Wij raden dus sterk aan om waarnemingen uit te voeren zodra de bieten de twee eerste bladeren vertonen en slechts een behandeling uit te voeren als de drempel van 2 groene ongevleugelde bladluizen per 10 planten bereikt is.
- vanaf het 2-bladstadium (BBCH 12): ‘Movento’ 0,45 l/ha (2 behandelingen) of ‘Teppeki’ 0,14 kg/ha (1 behandeling)
- Vanaf begin rijensluiting (BBCH 31): ‘Gazelle’ 0,25 kg/ha (1 toepassing)
- Spuit met voldoende water (200 liter of meer) en behandel bij hoge luchtvochtigheid.
- ‘Teppeki’, ‘Movento’ en ‘Gazelle’ mogen samen met herbiciden toegepast worden.
- Vermijd pyrethroïden, zelfs in mengeling. Deze doen meer kwaad dan goed.