Groenbedekkers

Zaai van tussenteelten vóór suikerbieten: beredeneer de samenstelling van uw groenbedekker

Verkies mosterd en rammenas resistent voor nematoden en vermijd ray-grass in geval van probleem met rhizoctonia.
Voor de bietenteler kan een tussenteelt gebruikt worden om het bietencystennematode (Heterodera schachtii) te vangen. Daarom moet men vanaf nu gele mosterd of bladrammenas, die een hoge resistentiegraad voor nematoden hebben, inzaaien.
Wat ook de kennis is van de nematodenbesmetting, het gebruik van « niet resistente » mosterd wordt afgeraden! Een niet-limiterende lijst van de resistente rassen van mosterd en rammenas is beschikbaar op de website. Kies voor de vroege zaai liever laatbloeiers.
Een tussenteelt van mosterd zal moeten vermeden worden in het geval het stengelaaltje (Ditylenchus dipsaci) aanwezig is. Deze soort vermenigvuldigt dit nematode.
In geval van probleem met rhizctonia bruinwortelrot, gebruik nooit ray-grass dat een waardplant is van rhizctonia bruinwortelrot. Vooraleer de groenbedekker in te zaaien, kies voor een goede ondiepe grondbewerking gericht op de opneming van residus en de verbetering van hun afbraak. Wetende dat rhizoctonia bruinwortelrot overleeft en gedijt in vochtige bodems, met een minder goede structuur en een lage pH, moet u de bodem bewerken in goede omstandigheden.
Er bestaat geen « type groenbedekker » maar wel groenbedekkers die moeten aangepast zijn aan elk perceel in functie van de historiek van het perceel en zijn situatie (kwetsbare zones, hellingen, …), het beschikbare materiaal (zaai, vernietiging van de groenbedekker), de bedrijfsvoering (rotaties, aanwezigheid van dieren op het bedrijf, …).
Voor meer informatie: zie « De Bietplanter van juli-augustus 2016 ».