Met de huidige weersomstandigheden moet men niet meer wachten op een opbrengstverhoging van de bieten. Neem dus geen onnodige risico’s en vermijd om de rooi uit te stellen tot na 25 november, zeker voor percelen met een zwaardere bodemsoort. De rooidatum is een compromis tussen het respect voor de bodemstructuur, de verwondingen aan de bieten, een lage grondtarra, een afwezigheid van vorst en een bewaardrempel die, indien mogelijk, lager is dan 300 graaddagen.
Vanaf de drempel van 300 graaddagen is er een begin van bietrot en een belangrijke schimmelontwikkeling. Deze bewaarverliezen worden exponentieel en worden versneld door de verwondingen aan de bieten tijdens de rooi.

Meer info in het artikel van de Bietplanter « Langdurige bewaring van bieten en bescherming tegen vorst ».

Men moet vermijden dat de opslagduur de bewaardrempel van 300 graaddagen (teveel) overschrijdt (dit is een equivalent van twee maanden (60 dagen) aan een gemiddelde temperatuur van 5°C: 60 dagen * 5°C = 300 graaddagen). Ter herinnering, januari is gemiddeld de koudste maand van het jaar met een gemiddelde dagtemperatuur van 3,3°C (gegevens KMI voor Ukkel). November en december hebben een gemiddelde dagtemperatuur van 6,8 en 3,9°C.

Als voorbeeld, toont de tabel de som van de temperaturen tijdens de laatste winter berekend voor Ukkel. De som van de graaddagen van de bieten gerooid op 10/11 en geleverd op 31/01 was 333 graaddagen, hetgeen iets hoger is dan de bewaardrempel. Voor een rooi tot 20 november is de som van de graaddagen 270°C, hetgeen lager is dan de bewaardrempel.